Functies
Na het behalen van je manschap A kun je ook doorleren voor andere functies bij de brandweer. Er zijn verschillende functies binnen het korps.
Chauffeur
De chauffeur van het brandweervoertuig moet over een rijbewijs beschikken wat geschikt is. Meestal is dat een vrachtwagenrijbewijs om met de brandweerauto’s te kunnen rijden. Een brandweervoertuig is met een zwaailicht en sirene een zogenaamd voorrangsvoertuig, en hoe hiermee om te gaan leer je tijdens de opleiding. De chauffeur is ook diegene die de bluspomp bedient, dus dat leer je ook.
Duiker
Dit is een van de zwaarste functies bij de brandweer. Het duiken is ook een heel stuk zwaarder dan in
een tropisch oord. De duiker kan ook 24/7 worden opgeroepen in alle weersomstandigheden. Daarom wordt je psychisch en medisch gekeurd voordat je aan de opleiding mag beginnen.
Gaspakdrager
Dit is degene die wordt ingezet bij gevaarlijke stoffen, bijvoorbeeld om een gaslek te dichten.
Bevelvoerder
De baas van de tankautospuit. De opleiding duurt twee jaar bij een avondopleiding en ruim één jaar bij een dagopleiding.
OVD
De officier van dienst wordt ingezet als het incident groter is en er bijvoorbeeld twee tankautospuiten zijn. De OVD heeft dan de leiding. Deze opleiding duurt negen maanden.
HOVD
De hoofdofficier van dienst opleiding duurt acht maanden. De HOVD wordt ingezet bij nog grotere incidenten.