Waar is de brand?
Een binnenbrand is in een gebouw, zoals een woning, een kelder, een bedrijfspand, een industriebrand of een hoogbouwbrand. Brand in een kelder, een fabriek of een heel hoog gebouw is natuurlijk een stuk lastiger voor de brandweer.
Een woningbrand
Bij een woningbrand is de kans aanwezig dat er mensen in huis zijn, zeker in de nacht. De brandweer zal er alles aan doen om er zo snel mogelijk achter te komen hoeveel mensen er in huis zijn en ze proberen te redden. In een flat wonen natuurlijk nog meer mensen, en het is de bedoeling dat al deze mensen veilig naar buiten kunnen. Soms is een gebouw zo hoog dat de slangen of autoladder er niet bij kunnen, bijvoorbeeld bij een flat van boven de 30 meter. Is het flatgebouw meer dan 70 meter hoog, dan moet er een speciale watervoorziening voor bluswater zijn.
Een kelder zit altijd onderin een gebouw en heeft meestal een trap omhoog. Ook heeft een kelder vaak geen ramen. Warmte stijgt omhoog, dus op de trap wordt het bloedheet en dit bemoeilijkt het voor de brandweer om naar beneden te gaan. Als ze eenmaal gaan blussen vult de kelder zich met bloedhete stoom. Ook dat is natuurlijk levensgevaarlijk voor de brandweer.
Een buitenbrand
Een buitenbrand kan bijvoorbeeld een bosbrand zijn of een stuk berm wat in brand staat. Dit soort branden in de open lucht hebben als voordeel dat er weinig hitte blijft hangen. Daarentegen is er wel voldoende zuurstof in de buitenlucht om de brand snel groter te laten worden. Zeker als het waait. Ook is het risico op het overslaan van de brand in nabijgelegen gebied groter bij een buitenbrand.
Een voertuigbrand
Soms gebeurt het dat een auto of een vrachtwagen in brand vliegt. Echt groot is zo’n brand vaak niet, maar er is wel ontploffingsgevaar. De gas- of benzinetank of de banden kunnen bijvoorbeeld ontploffen. Een vrachtwagenbrand kan nog gevaarlijker zijn, zeker wanneer deze een brandbare lading heeft.
Brand op een schip
Een schip op zee is vaak lastig te bereiken en heeft ook nog eens verschillende ruimtes. De vaak stalen wanden kunnen ook nog eens heel erg heet worden, wat de brand nog verder verspreid. Soms moeten de brandweermannen helemaal naar binnen om de brand te vinden en daarna ook de weg nog terugvinden. Als er geblust wordt met water kan het schip ook nog eens kapseizen of doormidden breken.
Een vliegtuigbrand
Ook een vliegtuigbrand is een speciaal klusje. In een vliegtuig kan namelijk een enorme hoeveelheid brandstof zitten, en als het vuur daarbij komt, komt er een enorme ontploffing. Het is het doel van de brandweer om de brand zo snel mogelijk te blussen en weg te houden van de brandstof. Ieder vliegveld heeft daarom ook een eigen brandweer. Zij hebben speciale voertuigen, de zogenaamde crashtenders. Deze crashtenders kunnen heel veel water meenemen hebben ook nog eens speciale waterkanonnen. Het voordeel van deze waterkanonnen is dat ze tijdens het rijden naar het vliegtuig al kunnen gaan spuiten. Door de enorme kracht van de waterkanonnen kunnen ze al vanaf een flinke afstand beginnen met blussen.